dalende whk premie

Dalende WHK-premies zijn minder goed nieuws dan ze lijken

Dalende Whk-premies zijn minder goed nieuws dan ze lijken

Als u bij het UWV verzekerd bent voor de Ziektewet en de WGA, moet u zich niet te snel rijk rekenen bij de lagere gemiddelde gedifferentieerde WHK-premies die UWV onlangs publiceerde.

De daling betekent niet dat het ineens een stuk beter gaat met ziekte en arbeidsongeschiktheid. Wie verder kijkt, ziet dat de kosten ergens anders doorberekend worden.

De daling is geen teken van lagere instroom

Om te beginnen is de reden voor de daling niet dat de instroom in de Ziektewet en de WGA plotseling fors is gedaald. Ook is UWV niet opeens een stuk beter geworden in het re-integreren van zieke flexwerkers en deels arbeidsongeschikten. De uitkeringsinstantie raamt wel lagere uitgaven vanuit de Whk, maar dat komt doordat veel uitkeringen in 2024 langs andere wegen worden gefinancierd:

  • De daling van de Ziektewetpremie is vooral het gevolg van het feit dat enkele (zeer) grote uitzenders vanaf 2024 eigenrisicodrager worden. Dit betekent dat UWV zo’n € 567 miljoen aan uitkeringen niet meer vanuit de Whk hoeft te financieren. De eigenrisicodragers betalen deze zelf.
  • De daling van de WGA-premie is vooral het gevolg van de verlenging van de vereenvoudigde WIA-beoordeling voor 60-plussers. UWV betaalt uitkeringen die hieruit voortkomen niet uit de Whk, maar uit het Arbeidsongeschiktheidsfonds (Aof).

Het voornaamste effect is een stijging van de vaste lasten

De totale kosten dalen dus niet; de overheid brengt ze alleen anders bij werkgevers in rekening. Dit blijkt ook uit de ontwikkeling van de uniforme Aof-premies die u en alle andere werkgevers betalen. Voor kleine werkgevers stijgt deze premie komend jaar van 5,46% naar 6,18% en voor grote van 7,11% naar 7,49%. Zo blijft er van de kostendaling aan de Whk-zijde bijzonder weinig over. De werkelijke veranderingen zijn een flinke stijging van de vaste basislasten voor arbeidsongeschiktheid en een verzwakking van het principe dat de vervuiler betaalt. In tegenstelling tot de Whk-premies maakt de Aof-premie namelijk geen onderscheid op basis van de instroom van individuele werkgevers. De uitkeringskosten worden eenvoudigweg bij elkaar opgeteld en gedeeld door het aantal werkgevers, zodat binnen de categorieën klein en groot iedereen hetzelfde betaalt. Ongeacht zijn schade.

Let op: het voorgaande betekent beslist niet dat het principe dat “de vervuiler betaalt” volledig overboord is gegaan! Bij de Ziektewet daalt de gemiddelde Whk-premie, maar is de correctiefactor flink gestegen (van 1,17% naar 1,30%). Bent u een grote of middelgrote werkgever, dan stijgt hierdoor de individuele premie bij nieuwe instroom harder dan voorheen. Dit kan het interessant maken om hier meer grip op te ontwikkelen door te gaan eigenrisicodragen.

Bij de WGA is de daling van de correctiefactor (van 1,11% naar 0,98%) het gevolg van de vereenvoudigde beoordeling voor 60-plussers en dus een tijdelijk fenomeen. Volgens UWV stijgt hij na afloop weer ruim boven de 1%.

Vragen over uw WHK beschikking?

De WHK beschikking is voor veel werkgevers een heikel punt. Bovendien klopt hij in 2 van de 3 gevallen niet, waardoor u ook nog eens teveel betaald. Gelukkig kunt u tot 5 jaar teveel betaalde premie terugvorderen.

Bovendien is het voor grotere organisaties vaak voordeliger om zich niet door het UWV te laten verzekeren en daarmee eigenrisicodrager te worden.

Heeft u vragen over bovenstaande artikel of andere vragen die met de WHK beschikking te maken hebben? Neem dan vrijblijvend contact op.

Waarmee kunnen wij u helpen?