Hoe hoog is de transitievergoeding?
Per dienstjaar (van 12 maanden) krijgt de werknemer 1/3e van het bruto maandsalaris + vakantiegeld als transitievergoeding.
De hoogte van de transitievergoeding wordt bepaald door hoeveel volle dienstjaren, volle maanden en resterende dagen de medewerker in dienst is geweest. De overheid heeft een online rekentool om de exacte hoogte van de transitievergoeding te berekenen.
De maximale hoogte van de ontslagvergoeding is €89.000, of één jaarsalaris als dit hoger is dan €89.000. Dit bedrag wordt bruto uitbetaald, maar er moet wel inkomstenbelasting over betaald worden.
De transitievergoeding mag in delen betaalt worden aan de ex-werknemer, maar alleen als hier van tevoren afspraken over gemaakt zijn. Is dit niet het geval, dan moet het volledige bedrag in één keer uitbetaald worden, binnen een maand na ontslag.
Ook in deze situaties moet een transitievergoeding betaald te worden
- Ook bij een tijdelijk dienstverband of als uitzendkracht heeft de werknemer recht op een transitievergoeding
- Als de werknemer zelf ontslag neemt na ernstig verwijtbaar of nalatig handelen door de werkgever (zoals gepest worden of niet betaald krijgen)
- Als de werknemer gedeeltelijk ontslagen wordt en een contract krijgt met minder uren
- De werknemer wordt ontslagen na langdurige ziekte van 2 jaar
Compensatie van de transitievergoeding door het UWV
De ex-werkgever hoeft de transitievergoeding meestal niet zelf te betalen. In het geval van arbeidsongeschiktheid, kan de werkgever hiervoor gecompenseerd worden door het UWV.
De werkgever deze compensatie krijgen:
- Als de werknemer 2 jaar ziek is of het loon 104 weken is doorbetaald.
- De werknemer bij het ontslag nog steeds ziek is.
- De werkgever hem/haar de volledige bruto transitievergoeding heeft betaald.
Wanneer hoeft er geen transitievergoeding betaald te worden?
In een aantal gevallen hoeft bij ontslag geen transitievergoeding betaald te worden, namelijk:
- Het ontslag vindt plaats met wederzijds goedvinden (hier kan nog wel sprake zijn van onderling vastgestelde ontslagvergoeding)
- Er was sprake van ernstige nalatigheid of verwijtbaar handelen door de werknemer (zoals stelen of ongepast gedrag)
- De werknemer was minderjarig en werkte minder dan 12 uur per week
- De werknemer is ontslagen omdat hij/zij de pensioengerechtigde leeftijd bereikt heeft
- De werkgever is failliet gegaan
- In de CAO is een andere vergoeding opgenomen (van vergelijkbare waarde)
- De werknemer is een nieuw tijdelijk contract aangegaan met de werknemer
Ontslagen vóór 1 januari 2020, dan golden er andere tarieven
Bij invoering van de wet is gekozen voor een tijdelijke regeling van 2015 t/m 2020. Hierbij golden andere vergoedingen. Bij ontslag tussen 2015 en 2020 gold de onderstaande berekening:
Hoeveel transitievergoeding iemand ontvangt/door de voormalig werkgever betaald moet worden, wordt berekend in periodes van 6 dienstmaanden. Is iemand 4 jaar en 11 maanden in dienst? Dan zijn dat 9 periodes.
Voor de eerste 20 periodes/10 dienstjaren, krijgt de werknemers 1/6e van het maandsalaris per periode. Voor de periode ná de eerste 20 periodes, krijgt de werknemer 1/4e van het maandsalaris per periode. Bij ontslag tussen 1 juli 2015 en 1 januari 2020, geldt voor 50-plussers een andere opbouw, waarbij zij per periode recht hebben op een half maandsalaris (deze uitzondering geldt niet bij kleine werkgevers met <25 werknemers).
De maximumhoogte van de transitievergoeding is €77.000 of één bruto jaarsalaris als dit hoger is dan €77.000. Het bedrag wordt bruto uitbetaald, maar er moet wel inkomstenbelasting over betaald worden. Ben je in deze periode ontslagen en twijfel je over de ontvangen transitievergoeding? Dan mag je met bovenstaande getallen rekenen.